Tekst: Bas Bons en Sergej Visser
Muziek: Bas Bons
Norbert de Noorman
Norbert de Noorman
was een hele nare man.
Hij vloekte en hij schreeuwde
en iedereen was bang.
Hij sloopte en hij plunderde
en alles moest in brand
en wie daar tegenin ging,
die maakte hij van kant.
Totdat hij op een lentedag
een meisje bij het water zag
en Norbert was betoverd,
werd op slag een lieve man.
Ze had ogen als het noorderlicht
en een lieflijk engelengezicht.
Die mooie Isolde
maakte Norberts hartje klein.
Norbert de Noorman
was zichzelf niet meer.
Hij zei geen lelijk woord meer
en gedroeg zich als een heer.
Die prachtige Isolde,
die had hem in haar macht.
Hij was overdag aan ’t dromen
en lag wakker in de nacht
van haar ogen als het noorderlicht
en haar lieve engelengezicht,
haar lange gouden haren
en haar lippen van satijn.
Toen vroeg hij haar ten huwelijk
in de zilveren maneschijn.
Die mooie Isolde
maakte Norberts hartje klein.
Nu is Norbert ambtenaar,
op het vasteland.
Zondags gaan ze wandelen
Hand in hand.
Norbert de Noorman
plunderde vroeger met plezier.
Nu helpt ‘ie alle mensen
met hun belastingformulier!